In volle bloeiperiode van de “Wiener Klassik” ontstond met de zgn. “Harmoniemusik” een bijzonder populaire muziekvorm. Een goedkoper alternatief voor de grotere hofkapellen aan vorstenhoven in CentraalEuropa.
Kleinere zowel uit houten als koperen blaas- en strijkinstrumenten bestaande ensembles maakten toen enorme opgang. Vooral in de adellijke paleizen in Wenen was “Harmoniemusik” “bon ton”; hetgeen al snel opgepikt werd door componisten als Mozart en Beethoven. Zo werden vele opera’s voor “Harmoniemusik” bewerkt. Ook Haydn zou heel wat “Harmoniemusik” voor de hofkapel van vorst Esterházy schrijven.