Deze week vielen Europese defensie-aandelen opeens van een bescheiden klifje. Het Zweedse Saab, het Italiaanse Leonardo en het Duitse Rheinmetall verloren allemaal binnen één dag 6 tot 10% van hun beurswaarde. 

Grapje van Goldman Sachs. In een sectorrapport over Europese defensiebedrijven bleek dat met name Rheinmetall al dubbel zo hard was gestegen als de index die Goldman zelf had bedacht. Bovendien, schreef Goldman, zijn deze bedrijven nu zo geprijsd dat met name de oorlog in Oekraïne niet moet stoppen en defensiebudgetten ook absoluut niet omlaag moeten gaan.

Een blik op Rheinmetall toont het gelijk van Goldman. Wie de jaarrekening en presentaties van de Duitse reus bekijkt wordt om de oren geslagen met een omzet die eind 2026 van 7 naar 14 miljard euro zal zijn gestegen. 80 procent van die verwachting zit ook al in het orderboek, dus dat is geen loze aanname. De fabrieken draaien op volle capaciteit, waardoor de marges richting de 15 procent kruipen, en ook de belangrijke 'book-to-bill ratio' schiet de lucht in. Dat is een teken van stijgende vraag, want dat betekent dat het aanbod de vraag steeds minder aan kan. Rheinmetall zal er niet wakker van liggen.

Maar geen aandeel is elke prijs waard. De koerswinstverhouding wijst uit dat Rheinmetall nu zo ongeveer even hoog wordt gewaardeerd als ASML, met dien verstande dat Rheinmetall afhankelijk is van conflicten en defensiebudgetten op aarde. Beide graadmeters zijn (helaas) de lucht in gestegen, maar één blik op het Republikeinse deel van het Congres in Amerika leert dat oorlog geen garantie is voor toekomstig geld.

Beursnerd en Beursnerd XL 

Iedere werkdag iets na elf uur werpt de Beursnerd in gesprek met presentator Thomas van Zijl een blik op de AEX, waarbij hij of zij de diepgang niet schuwt. Daarnaast is er donderdag om tien voor twaalf een langere beursanalyse. Die neemt Beursnerd XL Jochem Visser voor zijn rekening.